Witsteelfranjehoed

Klik op de afbeelding voor vergrote weergave met beschrijvende tekst

Witsteelfranjehoed (Psathyrella piluliformis)

Een mooie franjehoed met vooral schattige jonkies. Te herkennen aan de witte steel, de wat groezelige, dicht opeenstaande lamellen, de sterke verkleuring van donker roodbruin naar bleekgeel bij opdrogen en de velumrestjes langs de hoedrand.

De hoed is 12-80 mm breed, conisch tot gewelfd bij jonge exemplaren, uitgespreid bij oudere exemplaren. Soms is er een umbo. De kleur varieert van bruin tot roodbruin. De hoed is slechts ietsje gestreept en sterk hygrofaan, verblekend vanuit het midden en dan wat rimpelig.
Jonge exemplaren hebben veel velum, bij oudere exemplaren hangen er alleen vlokken van de hoedrand.
De lamellen staan dichtopeen en zijn breed aangehecht. De kleur is lichtbruin bij jonge exemplaren, bij het ouder worden wordt de kleur meer donkerbruin. De lamelsnede is lichter.
De steel is 20-100 9-1500 x 2-9 mm groot, wit tot lichtbruin van kleur en in lengterichting vezelig. De voet is donkerder gekleurd dan de top. Het bovenste deel is geribbeld, het onderste deel viltig.
De sporee is bruin met een vleugje rood.
Sporen 4,5-6,5 (-7) x 2,5-4 (-5) mu, av. 5-6,1 x 2,9-3,5 mu, av. Q=1,50-1,97, ellipsoïde tot eivormig, in zijaanzicht hoofdzakelijk opvallend boonvormig, afgerond of met kleine kiempore.
Geelbruin in water, lichtbruin in ammonia en KOH, vaak met enkele oliedruppeltjes, niet doorschijnend.
Basidia 15-22,5 x 5,5-8 mu, 4-sporig.
Cheilocystidia 20-45 (-57,5) x 7-22,5 mu, verspreid, vaak geclusterd, soms dicht opeen. Omgeven door talrijke knotsvormige en ballonvormige, marginale cellen tot 33 x 20 mu groot, vaak geclusterd, soms met iets verdikte wanden.
Pleurocystidia 22-70 x 9-17,5 (-20) mu, soms met iets verdikte wanden, talrijk.
Gespen aanwezig.

Kenmerken van het geslacht Franjehoed  (Psathyrella) waartoe Witsteelfranjehoed behoort.

Vruchtlichaam breekbaar, hoed droog, meestal hygrofaan, geschubd of vlokkig dan wel kaal, niet gegroefd, niet vervloeiend. De lamellen zijn aangehecht, niet vervloeiend. De steel is kaal tot vlokkig, soms wortelend, meestal zonder ring. Sporee donkerbruin of bruinzwart

SPECIFICATIES - witsteelfranjehoed
familieFranjehoeden (Psathyrellaceae)
info familiePsathyrellaceae is een paddestoelenfamilie die gekenmerkt wordt door zwarte of donkerbruine sporen en vaak fragiele vruchtlichamen. De vervloeiende inktzwammen uit de vroegere Coprinaceae familie worden inmiddels ook tot deze familie gerekend.
naam witsteelfranjehoed (Psathyrella piluliformis)
waar in bundels op dode stammen, stronken en begraven hout van loofbomen, in bossen, parken en lanen op zandige bodem
sporeekleur zwartbruin
hoed 12-800 mm breed, conisch, gewelfd - ouder uitgespreid, soms met umbo, bruin tot roodbruin, licht gestreept, sterk hygrofaan verkleurend vanuit het centrum - jong met veel velum, later alleen vlokjes aan de hoedrand
steel 20-100 (-150_ x 2-9 mm, wit tot lichtbruin, voet donkerder, vezels in lengterichting, bovendeel geribbeld, voet viltig
plaatjes dicht opeen, breed aangehecht, jong lichtbruin, ouder donkerbruin, lamelsnede lichter